Vulvakanker
Vulvakanker
Bij vulvakanker zit er een kwaadaardig gezwel (tumor) aan de buitenkant van de vrouwelijke geslachtsorganen. Deze uitwendige geslachtsorganen noemen we ook wel vulva; ze bestaan uit de schaamlippen en clitoris.
Symptomen uitklapper, klik om te openen
De verschijnselen of klachten die kunnen optreden bij vulvakanker zijn:
- jeuk of branderigheid van de schaamlippen
- een knobbeltje op (één van) de schaamlippen
- pijn (bij het vrijen)
- een wondje dat niet dichtgaat of snel bloedt
- een plekje op de schaamlippen met een afwijkende kleur
Als u deze klachten hebt, betekent dat niet automatisch dat u vulvakanker hebt. Ze kunnen ook voorkomen bij andere aandoeningen. Blijven de klachten langer dan enkele weken aanhouden, raadpleeg dan uw huisarts.
Oorzaken uitklapper, klik om te openen
Wat is vulvakanker?
Bij vulvakanker begint de ongeremde celdeling in de huid van de schaamlippen of de clitoris. Er kan dan een kwaadaardig gezwel (tumor) ontstaan. Kwaadaardig betekent:
- de kankercellen kunnen door ander lichaamsweefsel heen groeien
- de kanker kan zich door het lichaam verspreiden via bloed en/of lymfevaten (uitzaaien)
Er bestaan verschillende soorten kankercellen. Bij vulvakanker is meestal sprake van zogeheten plaveiselcelkanker. De ziekte is dan ontstaan in de opperhuid. Daarover gaat dit informatiedossier.
Wie kan vulvakanker krijgen?
Elke vrouw kan vulvakanker krijgen, maar de ziekte komt niet zo vaak voor. Er worden 200-250 nieuwe gevallen per jaar bekend in Nederland. De meeste patiënten zijn boven de 65 jaar, maar soms zien we de ziekte ook bij jongere vrouwen.
Hoe het ontstaat
Dit zijn risicofactoren om vulvakanker te ontwikkelen:
- Vrouwen die een bepaalde huidziekte van de schaamlippen hebben, zoals lichen sclerosus, hebben een verhoogd risico om vulvakanker te krijgen;
- Vrouwen die huidafwijkingen van de schaamlippen krijgen door het humaan papillomavirus (HPV-virus), hebben een verhoogd risico om vulvakanker te krijgen. Hierbij speelt roken een stimulerende rol. Deze huidafwijkingen kunnen uiteindelijk een voorloperstadium van kanker worden, die zich in sommige gevallen ontwikkelt tot kanker. Zo'n voorloperstadium heet ook wel pre-maligne afwijking of VIN.
Onderzoek en diagnose uitklapper, klik om te openen
Bij een vermoeden op vulvakanker wordt u onderzocht door de gynaecoloog. Uw behandelend arts bepaalt in overleg met u welke onderzoeken er nodig zijn. Welke onderzoeken nodig zijn hangt onder andere af van uw conditie en uw leeftijd.
Vaginaal onderzoek
De gynaecoloog controleert de schaamlippen en liezen op verdikkingen. Voor inwendig onderzoek brengt hij een speculum (een spreider of ‘eendenbek’) in de vagina. Zo kan hij de vagina en baarmoedermond zien. Daarna voelt de gynaecoloog met een of twee vingers in de vagina en legt de andere hand op uw buik. Op deze manier krijgt de arts een indruk van de ligging en de grootte van de organen onder in de buik, waaronder de eierstokken en de baarmoeder.
Biopsie
De arts neemt na verdoving een stukje weefsel weg van plekjes die er verdacht (afwijkend) uitzien. Zo’n stukje weefsel heet een biopt. Het biopt wordt daarna in het laboratorium onderzocht. Dat onderzoek wijst uit of het om een goedaardige afwijking gaat, of om kanker.
Cervixcytologie (uitstrijkje)
Om een indruk te krijgen of de baarmoedermond gezond is wordt zonodig een uitstrijkje gemaakt. De arts neemt met een borsteltje wat cellen weg van de baarmoedermond. Die worden naar het laboratorium gestuurd voor onderzoek.
Aanvullende onderzoeken
Wanneer kanker wordt gevonden, krijgt u aanvullende onderzoeken.
Daarmee kunnen we bepalen in welk stadium de vulvakanker is. Het stadium geeft aan hoe ver de tumor is doorgegroeid. En of er uitzaaiingen zijn. Standaard doen we de volgende onderzoeken:
- Een echografie van de liezen, soms direct gevolgd door een punctie (wanneer een afwijking wordt gezien)
- Röntgenfoto’s van het hart en de longen
- Zonodig volgt nog een CT-scan
- Soms is het nodig (als het te pijnlijk is of niet goed te onderzoeken) om een onderzoek in narcose te doen of met een endoscopie om te onderzoeken of de tumor is doorgegroeid in de plasbuis, blaas of de darm
Voorbereiding op de afspraak
Veel mensen vinden het fijn om zich te kunnen voorbereiden op het gesprek met hun zorgverlener(s). Hieronder vindt u een paar tips, en een lijstje met dingen om mee te nemen naar de afspraak in het ziekenhuis.
De diagnose
De uitslagen van uw onderzoeken worden besproken in de multidisciplinaire oncologiebespreking (MDO). Multidisciplinair betekent dat er zorgverleners van verschillende specialismen bij elkaar zitten. Met 'oncologie' wordt de kennis van kanker (en de behandeling ervan) aangeduid. In de multidisciplinaire oncologiebespreking buigen alle artsen zich samen over de voorlopige diagnose en het behandelplan. Dit zijn o.a. gynaecologisch oncologen, internist-oncologen, radiotherapeuten, een radioloog, verpleegkundig specialisten, een arts-assistent, echoscopisten en oncologieverpleegkundigen. Op de pagina van de polikliniek gynaecologische oncologie vindt u het zorgteam.
Behandeling uitklapper, klik om te openen
Vulvakanker kunnen we op verschillende manieren behandelen. Het soort behandeling is afhankelijk van uw situatie.
Curatieve behandeling
Een curatieve behandeling is een behandeling die als doel heeft u te genezen. Een curatieve behandeling kan bestaan uit één behandeling, of een combinatie van behandelingen zoals:
- een operatie
- bestraling (radiotherapie)
- chemoradiatie (een combinatie van chemotherapie en bestraling); een behandeling in studieverband
Operatie
Het komt vaak voor dat we vulvakanker behandelen met een operatie (een chirurgische ingreep). In een vroeg stadium kan dat alleen een operatie van de schaamlip zijn, Meestal is het een gecombineerde operatie die bestaat uit twee delen:
- De gynaecoloog-oncoloog verwijdert eerst de schildwachtklieren (Sentinel Node-procedure). Dat zijn de eerste klieren die aangetast worden wanneer de tumor zich uitzaait. Of indien nodig, worden alle liesklieren aan een of beide zijden verwijderd.
- De gynaecoloog-oncoloog verwijdert vervolgens de tumor. Daarbij snijdt hij/zij ook een rand van 1 á 2 cm gezond weefsel om de tumor heen weg. Dat verkleint de kans dat er kankercellen achterblijven na de ingreep. Soms opereert de plastisch chirurg mee om de huid weer mooi te sluiten.
Het uitwendige deel van de geslachtsorganen wordt dus gedeeltelijk of geheel verwijderd. Hoe groot de operatie is en hoe lang het duurt is erg afhankelijk van uw persoonlijke situatie. Hierover wordt u uitgebreid voorgelicht vóór de operatie door de arts die de ingreep uitvoert. Afhankelijk van de situatie bepaalt de arts of de kleine en grote schaamlippen moeten worden verwijderd, en of de clitoris (kittelaar) weggenomen moet worden. De ervaring leert dat het een ingrijpende operatie is.
Na de operatie onderzoekt de patholoog de verwijderde tumor en klieren. De uitslag wordt weer besproken in het MDO en met u besproken.
Radiotherapie
Soms is het nodig om u na de operatie nog een aanvullende behandeling te geven, de zogenaamde bestraling. Dit wordt met u besproken na de operatie, als alle uitslagen bekend zijn.
Palliatieve behandeling
Soms is genezing van vulvakanker niet meer mogelijk. Dat wil niet zeggen dat de behandeling dan stopt. We behandelen dan verder met een nieuw doel: zo lang mogelijk leven met een goede kwaliteit. We noemen dat een palliatieve behandeling:
- Een palliatieve operatie om (delen van) het tumorweefsel weg te halen
- Radiotherapie (bestraling)
Behandeling in studieverband
Het UMC Utrecht is een universitair ziekenhuis. Dat betekent dat er veel wetenschappelijk onderzoek wordt gedaan om nieuwe en betere behandelingen te ontwikkelen. Ook op het gebied van vulvakanker.
Afzien van behandeling
Een behandeling heeft bijwerkingen. Daarnaast is het inspannend om behandeld te worden. Het is dus altijd de vraag of de voordelen opwegen tegen de nadelen. Een moeilijke afweging, want u weet van tevoren niet zeker hoe goed de behandeling zal werken. En ook niet hoeveel bijwerkingen u zult ondervinden. Uw arts zal alles met u doorspreken.
Nazorg
De jaren na de behandeling wordt u intensief gecontroleerd. Het eerste jaar is dat vier keer. Tijdens deze controles bespreekt de specialist hoe het met u gaat en wordt een lichamelijk onderzoek gedaan. We controleren vooral op uitzaaiingen en de terugkeer van de ziekte. Er wordt ook nauwkeurig gekeken naar de lichamelijke en psychosociale gevolgen die de behandeling kan hebben gehad.
De belangrijkste informatie krijgt u mee in een individueel nazorgplan. De huisarts krijgt hier ook een exemplaar van.
Vooruitzichten voor vrouwen met vulvakanker
Gemiddeld geneest ongeveer 72% van alle patiënten met vulvakanker. Meestal drukken we de kans op genezing uit in het aantal patiënten dat 5 jaar na de behandeling nog in leven is.
Van de vrouwen bij wie een kleine tumor is weggenomen zonder uitzaaiingen, is na vijf jaar ongeveer 90% in leven. Als er echter uitzaaiingen in de lymfeklieren van de liezen zijn gevonden, daalt dit percentage tot onder de 60%. Wanneer we de ziekte vroeg (in een laag stadium) ontdekken, is de kans op genezing dus groter. Deze percentages zijn gemiddelden. Dat betekent dat u ze niet zomaar naar uw eigen situatie kunt vertalen. Uw arts bespreekt altijd met u wat u van de toekomst kunt verwachten.
Emotionele gevolgen
De boodschap: ‘u hebt kanker’ is vaak verpletterend. Alles is ineens anders: toekomst, gezinsleven, werk, gedachten … Het is logisch dat het evenwicht in uw bestaan verstoord is. En dat dat een tijd duurt, zelfs als u met succes behandeld bent. Veel mensen ondervinden belangrijke steun van hun familie en vrienden. En van hun behandelende arts en verpleegkundigen. Toch is het heel normaal om een beroep te doen op extra ondersteuning buiten uw eigen kring.
Er zijn verschillende vormen van hulp en ondersteuning bij kanker.
Mogelijke bijwerkingen van de behandeling van vulvakanker
Lymfoedeem
Door de behandeling kan de afvoer van lymfevocht verstoord zijn. Dat komt voor na operaties, maar ook na bestraling. Lymfoedeem kan ook ontstaan door uitzaaiingen van kanker die het lymfesysteem beschadigen en ‘verstoppen’.
Het gevolg van lymfoedeem is dat de benen vanaf de liezen naar beneden dikker kunnen worden. Dat komt door de lymfestuwing. Pas als het lymfevocht een andere uitweg gevonden heeft, kan de stuwing afnemen.
Lymfoedeem verdwijnt niet altijd vanzelf. Het is belangrijk dat u klachten van zwelling serieus neemt. Neem contact op met uw behandelend arts of meld uw klachten tijdens een bezoek aan de arts.
Lymfoedeem kan zichtbaar en/of voelbaar zijn. De eerste klacht bij lymfoedeem is meestal een gevoel van zwaarte of spanning in uw been, buik of schaamstreek. De huid kan warmer aanvoelen. Ook pijn, tintelingen of een strak of moe gevoel kan een eerste signaal zijn. Enige tijd later zal uw been, buik of schaamstreek dikker worden. Soms ziet de huid wat rood, maar in het begin meestal bleek.
Meer over lymfoedeem leest u op de site NLNet.
Vruchtbaarheid
Bij vrouwen in de vruchtbare leeftijd kan de behandeling van vulvakanker de vruchtbaarheid schaden. De arts bespreekt met u of u kinderwens hebt. In dat geval proberen we voorafgaand aan de behandeling maatregelen te nemen om uw vruchtbaarheid zo goed mogelijk te behouden.
Bij het UMC Utrecht uitklapper, klik om te openen
Meer informatie
Als u vulvakanker hebt, kunt u voor vragen, adviezen en lotgenotencontact terecht bij patiëntenorganisaties:
- Stichting Olijf (voor patiënten met gynaecologische kanker)
- Freya (vereniging voor mensen met vruchtbaarheidsproblemen)
Aanvullende informatie
In het informatiedossier 'Schaamlipkanker' op de site Kanker.nl vindt u meer informatie over de ziekte, de behandeling, en de gevolgen.
Polikliniek Gynaecologische oncologie
Verpleegafdeling Gynaecologie (C5 west)
Meer weten uitklapper, klik om te openen
Voor uitgebreide informatie over dit ziektebeeld kunt u de patiëntfolder doornemen.
Wat hoort er bij dit ziektebeeld
- Polikliniek Gynaecologische oncologie
- Polikliniek Radiotherapie
- Polikliniek Medische oncologie
- Verpleegafdeling Gynaecologie (C5 west)
- Verpleegafdeling Dagbehandeling Medische Oncologie
- Verpleegafdeling Medische oncologie (B2 west)
Zorgkosten
Meer over zorgkostenContact uitklapper, klik om te openen
Hebt u vragen over uw afspraak of behandeling?
Polikliniek Gynaecologische oncologie
De afdeling is bereikbaar van 08.15 - 12.00 uur en van 13.30 - 16.00 uur.
Voor vragen kunt u contact opnemen met de afdeling Radiotherapie.
Polikliniek Radiotherapie
poli-radiotherapie@umcutrecht.nl
De afdeling is bereikbaar op werkdagen van 8.00 - 17.30 uur.
Als u een afspraak wilt maken op de polikliniek Medische oncologie hebt u een verwijzing nodig van uw huisarts of specialist.
Polikliniek Medische oncologie
U kunt de polikliniek van 8.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 17.00 uur bereiken.
Acute hulp buiten kantooruren
In de avond en nacht, tijdens het weekend en op feestdagen neemt u contact op met de dienstdoende oncoloog: 088 75 555 55. Vraag naar de dienstdoende oncoloog, de receptie verbindt u dan door.
Second opinion
Bezoekt u deze webpagina omdat u een polikliniek-afspraak wilt maken voor een second opinion? Leest u dan alstublieft eerst de informatie op de webpagina 'Second opinion'.
Verpleegafdeling Gynaecologie (C5 west)
Hebt u vragen? Neem dan contact op met:
- Opname: 088 755 6446
- Verpleegkundige afdeling: 088 755 7543
Afspraak maken:
- Gynaecologie en voortplanting: 088 755 88 80
- Gynaecologische oncologie: 088 7569442
Bereikbaar op werkdagen van 8:00 - 16:00 uur
Verpleegafdeling Dagbehandeling Medische Oncologie
U kunt contact opnemen met de dagbehandeling medische oncologie via het poliklinieksecretariaat, te bereiken van 8.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 17.00 uur via 088 75 563 08.
Acute hulp buiten kantooruren
In de avond en nacht, tijdens het weekend en op feestdagen neemt u contact op met de dienstdoende oncoloog. U belt daarvoor met het algemene nummer van het UMC Utrecht: 088 75 555 55.
Vraag naar de dienstdoende oncoloog. De receptie verbindt u dan door.
Postadres
UMC Utrecht
Afdeling Medische Oncologie
Huispost B02.226
Postbus 85500
3508 GA Utrecht
Verpleegafdeling Medische oncologie (B2 west)
Verpleegafdeling Medische Oncologie
Acute hulp buiten kantooruren
In de avond en nacht, tijdens het weekend en op feestdagen neemt u contact op met de dienstdoende oncoloog. U belt daarvoor met het algemene nummer van het UMC Utrecht 088 75 555 55 en vraagt naar de dienstdoende oncoloog. De receptie verbindt u dan door.