Het plaatsen van de thoraxdrain
Tijdens het plaatsen van de drain ligt u in bed. De longarts verdooft u plaatselijk. Vervolgens wordt de drain tussen twee ribben ingebracht. De drain komt uit tussen de ingeklapte long en de borstkast, ook wel pleuraholte genoemd. Het doel van het plaatsen van de thoraxdrain is dat de vrije lucht uit de borstholte weg kan zodat de long zich weer volledig kan ontplooien.
Verzorging
De verpleegkundigen op de longafdeling observeren en verzorgen de insteekopening van de drain en bekijken de situatie in het opvangsysteem. Dit zit vast aan de drain en vangt lucht en vocht op uit de pleuraholte. Iedere dag komt de arts bij u langs om de situatie van uw longen te beoordelen. In de loop van de opname zullen er longfoto’s worden gemaakt om te kijken of de long weer tegen de borstkast aanligt. Het uitvouwen van de long kan eventueel worden ondersteund en/of versneld door te zuigen aan het drainsysteem. Aan het opvangsysteem wordt dan een extra slang bevestigd. Deze beperkt u in de mobiliteit. De verpleegkundige zal hier meer uitleg over geven. Als deze behandeling succesvol is en u goed bent hersteld, kan de drain worden verwijderd en mag u naar huis.
Complicaties
Bij herhaaldelijk optreden of het niet herstellen van de klaplong kan men overgaan tot het ‘plakken’ van de long. Dit kan via een kijkoperatie. Deze operatie vindt plaats onder narcose. Tijdens de operatie wordt de buitenkant van de long beoordeeld waarbij zwakke plekken worden verwijderd. Hierna wordt het longvlies opgeruwd, waarna de long vast blijft plakken aan het borstvlies. De herhalingskans van het inklappen van de long is hiermee sterk verkleind.
Leefregels tijdens opname
- Als er actief gezogen wordt aan de drain bent u beperkt in de mobiliteit. U bent gebonden aan het bed of op een stoel naast het bed. U kunt dus niet naar het toilet lopen. Het wassen zal op het bed of de stoel gebeuren.
- Als er niet actief gezogen wordt, bent u niet beperkt in de mobiliteit. u mag naar het toilet lopen en u mag zich wassen aan de wastafel. Wel moet u steeds het opvangsysteem met u meedragen.
- U mag niet douchen als u een thoraxdrain hebt.
- De fysiotherapeut zal u helpen met ademhalings- en bewegingsoefeningen.
- De verpleegkundige verzorgt één keer per dag de insteekopening.
- Het is belangrijk dat u pijn aangeeft, zodat u pijnstilling kan krijgen. Dit is ter bevordering van de genezing.
- Het is mogelijk dat u ter ondersteuning zuurstof toegediend krijgt. Dit bevordert mogelijk het ontplooien van de long.
Leefregels voor thuis
Het is verstandig dat u zich gedurende de eerste zes weken aan onderstaande regels houdt. Het belangrijkste is dat u drukverhogende momenten vermijdt.
- Niet sporten, inspannende bezigheden rustig opbouwen.
- Geen zwaar huishoudelijk werk zoals tillen en strekken.
- Hoest en pers voorzichtig.
- Niet reizen met een vliegtuig tot 6 weken na ontslag.
- Bungeejumping en parachutespringen worden sterk afgeraden. Overleg met uw longarts wanneer dit wel weer toegestaan is.
- Diepzeeduiken wordt voor uw verdere leven afgeraden in verband met het grote drukverschil wat ontstaat. Als u dit toch overweegt, overleg dit dan met uw longarts.
- Stop met roken. Roken heeft een zeer schadelijk effect op de longen en het herstel van de klaplong. Bovendien is de kans op herhaling van het optreden van een volgende klaplong sterk verhoogd als u blijft roken. Wilt u hulp bij het stoppen met roken, dan kunt u een afspraak maken bij de Rook Stop Poli. U kunt bellen naar de polikliniek longziekten, telefoonnummer 088 75 561 92.