Syrische Khalid onderzoekt kankertherapie
Kahlid Al Dakkak heeft medio januari een vluchteling-in-de-wetenschap-beurs ontvangen. Hij doet onderzoek naar nanomedicatie en de toediening ervan bij kankerpatiënten. “Ik ben een van de weinige Syriërs die de overtocht zonder gevaren heeft doorstaan.”
Khalid Al Dakkak (27) groeit op in het Syrische plaatsje Jaramana, een voorstad van Damascus. Daar woont hij met zijn ouders en zijn oudere broer. Het zijn de jaren negentig, er is nog geen sprake van oorlog. Zijn grootouders reizen regelmatig naar familie in het westen: in Amerika en Europa. Als ze weer thuis zijn in Jaramana, wijkt Khalid niet van hun zijde. Hij wil alles horen over het leven van de mensen in het westen. Hij fantaseert over zijn toekomst. Later wil hij dáár studeren.
Apotheek
Zijn moeder is apotheker. Haar beroep spreekt tot zijn verbeelding. Khalid: “In Syrië gaan veel mensen met hun kwalen rechtstreeks naar de apotheek, niet eerst naar de huisarts. Ik ging vaak met mijn moeder mee naar de apotheek en luisterde naar de gesprekken met patiënten. Ik hoorde hoe ze vroeg naar de hoofdpijn of reuma. Ze gaf adviezen en dacht mee over vervolgtherapieën.”
Oorlog
In 2010 gaat Khalid Farmacie studeren aan de universiteit van Damascus. Een jaar later breekt de oorlog uit. Labs en practicumlokalen verhuizen naar veilige wijken. “Relatief veilig”, zegt Khalid. “Regelmatig vlogen er bommenwerpers boven ons of ontploften er mortiergranaten. We moesten schuilen in de kelders.”
Groningen
Op aanraden van zijn broer die al een jaar eerder naar Nederland is vertrokken, neemt Khalid in 2014 contact op met de Universiteit van Groningen. Hij krijgt een beurs voor een masterstudie farmacie en bereikt ons land in 2015 met een vliegtuig. Hij krijgt asiel. “Ik ben een van de weinige Syriërs die de overtocht zonder gevaren heeft doorstaan”, zegt hij.
Beurs NWO
Een jaar later bezoekt hij een informatiebijeenkomst over de NWO vluchteling-in-de-wetenschap-beurs. De beurs is bedoeld om wetenschappelijke ervaring op te doen, én om een netwerk op te bouwen. Daar vertelt Khalid over zijn belangstelling voor nanomedicatie en toedieningssystemen. NWO geeft hem een lijst mee met een reeks interessante onderzoeksgroepen. Onder hen ook de groep van Raymond Schiffelers, hoogleraar nanomedicatie in het UMC Utrecht.
Ze maken kennis met elkaar; het is een boeiend en geanimeerd gesprek. Raymond Schiffelers: “Wat mij aantrok, was zijn wetenschappelijke gedrevenheid. Hij wist waarover hij sprak en wat hij wilde. Hij is vriendelijk en ondernemend. Om een bestaan op te bouwen, vult hij vakken bij de Jumbo, brengt hij pakketjes rond, en verpakt hij kattenvoer bij de Pet Food Company. Hij leunt niet achterover, maar neemt initiatief.”
Goed gevoel
Ze besluiten om samen een voorstel te schrijven en dienen dat in bij NWO. Schiffelers is verbaasd als Khalid al naar Utrecht verhuist, nog ruim vóórdat de beurs definitief is. “Ik had er een goed gevoel over”, vertelt Khalid desgevraagd. En terecht zo blijkt, want medio januari maakt NWO bekend dat hij een beurs krijgt. Op 1 maart 2019 kan hij beginnen.
Khalid zal gaan deelnemen aan een onderzoek naar kankertherapie met een cocktail van mRNA. Zogeheten boodschapper RNA (MessengerRNA, afgekort tot mRNA) kan cellen in ons lichaam activeren die beschadigd weefsel herstellen. En datzelfde mRNA kan ook ingezet worden om ons immuunsysteem te activeren, zodat dit kankercellen in een tumor aanvalt. Schiffelers legt uit: “Kankercellen scheiden stoffen uit die het immuunsysteem verlammen. Dit mRNA maakt drie eiwitten die het immuunsysteem enorm versterken. De afweercellen laten zich nu niet meer verlammen.” De therapie is veelbelovend en toepasbaar bij vele vormen van kanker: één op de vier patiënten voor wie geen genezing mogelijk is, is erbij gebaat. Maar de kosten zijn hoog: een half miljoen per patiënt.
Rechtstreeks in de milt
Een reden voor de hoge kosten, is dat de cocktail van mRNA buiten het lichaam wordt toegevoegd aan de afweercellen van de patiënt. Schiffelers: “Het kan veel goedkoper als je het mRNA verpakt in miniscule deeltjes, zogenoemde nanopartikels, die je rechtstreeks toedient aan de patiënt. Bijvoorbeeld via de milt; bij uitstek het afweerorgaan. Een behandeling kost dan nog maar vijftigduizend euro. Khalid zal dat gaan onderzoeken.”
Een bezoek aan zijn ouders is geen optie voor Khalid. “Ik zou meteen opgepakt worden om te gaan vechten in het leger”, zegt hij. “Ik spreek mijn ouders alleen als zij voldoende elektriciteit hebben en als er internetverbinding is. Het is daar nu winter en erg koud. Er is een tekort aan gas om de verwarming te stoken. Maar mijn ouders maken het goed. Ze zijn blij dat hun zonen veilig zijn en een toekomst hebben.”
Jaramana in Holland
Met Utrecht heeft hij nog niet de band die hij had met Groningen. Khalid: “Groningen was voor mij de eerste stad in het westen. Ik heb er mijn hart aan verpand. Ook de klanken van de namen lijken op elkaar: Groningen en Jaramana. Voor mij is Groningen het Jaramana van Holland.”