17 nov: Coronavaccins lijken minder effectief bij Down syndroom
Onderzoek door het UMC Utrecht naar de afweer na toediening van het coronavaccin bij volwassenen met het Downsyndroom toont aan dat zij mogelijk minder goed beschermd zijn na twee vaccinaties. Op basis van onder andere dit onderzoek heeft de Gezondheidsraad vandaag aan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) geadviseerd alle volwassenen met het syndroom van Down versneld een booster vaccinatie aan te bieden.
Mensen met het syndroom van Down hebben een minder goede afweer. Hierdoor hebben zij een grotere kans om ernstig ziek te worden als ze geïnfecteerd raken met het coronavirus. In Nederland zijn mensen met het Downsyndroom dan ook als hoog risicogroep met voorrang gevaccineerd met Moderna, Pfizer of AstraZeneca. Het PRIDE-onderzoek dat het UMC Utrecht sinds februari 2021 in samenwerking met het RIVM doet, onderzoekt of het minder goed werken van het afweersysteem van mensen met Down ook invloed heeft op werking van de coronavaccins. Het onderzoek maakt onderdeel uit van het COVID-19 programma van ZonMw, waarin 8 studies gefaciliteerd worden die zich richten op de werking van COVID-19 vaccins.
Wel afweerreactie maar mogelijk minder sterk
Aan het onderzoek deden 316 gevaccineerde deelnemers mee waarvan 224 mensen het Downsyndroom hadden. De eerste resultaten van het onderzoek laten zien dat alle deelnemers een afweerreactie hebben ontwikkeld na de vaccinaties. Wel zijn er vier weken na de tweede Pfizer of Moderna vaccinatie bij de mensen met het Down syndroom gemiddeld minder hoge niveaus van antistoffen gevonden in vergelijking met de mensen zonder Downsyndroom. Na vaccinatie met AstraZeneca zijn er geen verschillen tussen de twee groepen, de antistofniveaus zijn gemiddeld lager dan na Moderna of Pfizer, zoals bij de controle groep.
“Uit ons onderzoek blijkt dat vier weken na de tweede Pfizer of Moderna vaccinatie mensen met het Downsyndroom minder hoge antistoffen hebben in vergelijking tot mensen zonder het syndroom van Down”, zegt Prof. Dr. Louis Bont, Kinderinfectioloog-immunoloog en hoofdonderzoeker UMC Utrecht
Hoe nu verder?
De uitkomsten van het PRIDE onderzoek zijn aangeboden aan de Gezondheidsraad. Op basis van onder andere dit Utrechtse onderzoek heeft de Gezondheidsraad aan het ministerie van VWS geadviseerd alle volwassenen met Down syndroom in Nederland versneld een boostervaccinatie aan te bieden. Om ook de antistoffen na deze booster te kunnen onderzoeken, is nu ook aanvullend onderzoek opgezet. Hierin zullen opnieuw de antistoffen gemeten worden vóór en na de booster vaccinatie. Alleen mensen met het Downsyndroom die reeds deelnemen aan de PRIDE studie komen in aanmerking voor het aanvullende deel van de studie.
Kinderen met Down syndroom
Op basis van de huidige resultaten is er voor de kinderen met het syndroom van Down van 12-17 jaar nog geen advies te geven. Het onderzoek voor deze leeftijdsgroep is nog in volle gang en het is nog mogelijk om je hier voor aan te melden. De resultaten van dit deel van het onderzoek zullen op een later moment bekend worden gemaakt.
Over de andere vaccinstudies
Mensen met een minder goed functionerend immuunsysteem lopen een hoger risico op complicaties bij een COVID-19-infectie. Bovendien weten we niet goed genoeg of deze mensen voldoende worden beschermd na vaccinatie. De 8 studies die door ZonMw gefaciliteerd worden, richten zich op de werking van COVID-19 vaccins bij verschillende patiëntgroepen. Om de verkregen kennis snel toe te kunnen passen en overstijgend onderzoek mogelijk te maken, werken de studies in Nederland samen met gezamenlijke afgestemde protocollen en meetmethoden.