1. De voorbereiding
Een laborant voert het onderzoek uit. U krijgt een eigen kamer met bed. In principe is het niet toegestaan om een begeleider mee te nemen naar dit onderzoek. Bij binnenkomst neemt de laborant het verloop van het onderzoek met u door. U heeft dan de gelegenheid om vragen te stellen. U krijgt een infuus in uw arm. Via dit infuus krijgt u de radioactieve vloeistof (F18-Choline) toegediend.
2. De wachtperiode
De radioactieve vloeistof heeft 60 minuten nodig om opgenomen te worden door het lichaam. U mag tijdens deze wachttijd lezen, uw eigen meegebrachte muziek luisteren of uw tablet of e-reader gebruiken. U krijgt via het infuus een halve liter vocht.
3. De PET/CT-scan
Na de wachtperiode haalt de laborant u op en vraagt u naar het toilet te gaan om de blaas te legen zodat u tijdens de scan niet naar het toilet hoeft.
U ligt tijdens de scan op een smalle tafel. De tafel schuift tijdens het onderzoek langzaam door de opening van de PET/CT-scanner. Het is belangrijk om goed stil te blijven liggen. De laborant kan eventueel een radio aanzetten.
De laborant zit tijdens het onderzoek in de bedieningsruimte om de PET/CT-scanner te bedienen. Hij kan u horen en zien. De PET/CT-scanner maakt geen geluid en heeft een ruime opening.
Kledingstukken waarin metaal is verwerkt in het hals- en borstkasgebied (bijvoorbeeld een beugelbeha) dient u voor het onderzoek uit te trekken. Overige kledingstukken kunt u in principe aanhouden. Ook dient u uw sierraden rond dit gebied af te doen. Daarnaast wordt u gevraagd om uw gebitsprothese of plaatje uit te doen.