Humane ehrlichiosen en anaplasmosen zijn acute teekoverdraagbare ziekten, veroorzaakt door gramnegatieve rickettsia-achtige bacteriën. Anaplasma phagocytophilia is de veroorzaker van Humane Granulocytaire Anaplasmose (HGA) en komt voor in heel Europa en Noord-Amerika. Humane Monocytaire Ehrlichiose (HME) wordt veroorzaakt door Ehrlichia chaffeensis en komt alleen in Noord-Amerika voor. E. ewingii is ook een humaan pathogeen en heeft het zelfde verspreidingsgebied als E. chaffeensis. Sennetsu fever wordt veroorzaakt door Neorickettsia sennetsu (eerder ook ingedeeld onder de humane ehrlichiosen] en is alleen beschreven in Japan. De incubatietijd bedraagt 5 tot 21 dagen (maximaal 60 dagen). Het klinisch beeld van HGA en HME is onderling weinig verschillend. Vrijwel altijd is er sprake van een acuut, influenza-achtig ziektebeeld met koorts (> 38°C), zware hoofdpijn, myalgie, arthralgie en algemene malaise. Braken, hoesten en exantheem kunnen worden waargenomen. Leverfunctie-, nierfunctie- en stollingsstoornissen komen frequent voor, vaak samen met trombocytopenie, anemie, leukopenie en matig verhoogde levertransaminasen. Ook het centrale zenuwstelsel kan aangedaan worden. Vaak treedt na een ziekte van enkele dagen een spontaan herstel op, soms worden patiënten ernstig ziek met sepsis, bloedingen en/of ARDS.
De diagnose berust met name op serologie . Antistoffen zijn gemiddeld pas 3-4 weken na het optreden van de symptomen aantoonbaar. Kweek is mogelijk, maar niet eenvoudig toepasbaar voor routinediagnostiek en kan enkele weken duren.